Bestemmingsplan “Kom Woudrichem-Oudendijk Postweide 2017” en woningbouw in een uitbreidingswijk. Belanghebbendheid van een appellant die een woning aan de waterkant wil realiseren in het plangebied.

Tijdschrift voor Bouwrecht, TBR 2020/35, maart 2020, mr. T. Groot

Geen eigenaar en niet eens een koopovereenkomst, maar wel belanghebbende. Versoepelt de Raad van de State de normen? Een appellant wil woningbouw in de uitbreidingswijk Postwijde te Woudrichem realiseren, maar is geen eigenaar van gronden in het plangebied. Evenmin heeft hij een contractuele relatie met de eigenaar van de gronden (de gemeente). Ook anderszins heeft hij geen titel ten aanzien van die gronden. Toch wordt hij als belanghebbende aangemerkt in de uitspraak van 29 januari 2020 van de Raad van State. Een op het eerste gezicht opvallende uitkomst. De Raad van State is in het verleden ten aanzien van (professionele) projectontwikkelaars wel eens veel strenger geweest. Echter, bij nadere bestudering komt Thom Groot tot de conclusie dat het oordeel past in de soepelere lijn die de Raad van State is gaan hanteren ten aanzien van diegenen met een ogenschijnlijk afgeleid belang. Meer weten: lees de laatste uitgave van het Tijdschrift voor Bouwrecht.

Download de publicatie: TBR 2020/35.

2020-03-18T16:11:18+01:00

Het vertrouwensbeginsel in het omgevingsrecht – Over het kunnen vertrouwen van de gemeenteraad

Tijdschrift voor Bouwrecht, TBR 2020/19, februari 2020, mr. T. Groot

Een toezegging van een ander dan de gemeenteraad zelf, kan de gemeenteraad niet binden, aldus de Afdeling in een recente uitspraak. Voor diegenen onder u die zich niet aan de indruk kunnen onttrekken dat daarmee nog steeds de boodschap is dat de gemeenteraad niet kan worden vertrouwd: u staat niet helemaal alleen. In het Tijdschrift voor Bouwrecht zet Thom Groot uiteen wat de stand van zaken is voor het vertrouwensbeginsel in het omgevingsrecht, meer specifiek voor bedrijven en particulieren met een wens een stuk grond te (her)ontwikkelen. Bij wie moet worden aangeklopt, waar moet op worden gelet en wat zijn de kansen op succes? In het artikel worden de (on)mogelijkheden uiteengezet om daarmee een soort onderbouwde werkinstructie te bieden voor bedrijven en particulieren. Is het voor bedrijf of particulier nog wel duidelijk op welke organen of personen van de gemeente of provincie kan worden vertrouwd?

Download de publicatie: TBR 2020/19

2020-02-17T15:55:57+01:00

Omgevingsvergunning voor bouwen en afwijken van het bestemmingsplan voor een gebouw met daarin hotel, 316 appartementen en een parkeergarage; belanghebbendheid van de Stichting Stop Luchtverontreiniging Utrecht en De Klimaatpartij.

Tijdschrift voor Bouwrecht, TBR 2020/9, januari 2020, mr. T. Groot

Het kernbegrip ‘belanghebbende’ van de Awb wordt de laatste jaren opgerekt of in elk geval creatief geïnterpreteerd om de toegang tot de bestuursrechter zo ruim mogelijk te laten zijn. Ondanks deze ‘trend’ in het bestuursrecht zijn er nog wel degelijk gevallen waarin appellanten de toegang tot de bestuursrechter wordt ontzegd. Dit blijkt onder meer uit de uitspraak van de Afdeling van 13 november 2019 over een omgevingsvergunning voor een gebouw met hotel, 316 appartementen en een parkeergarage te Utrecht (de Galaxy Tower). Appellanten probeerde hier met een beroep op algemene of collectieve belangen behartiging ex artikel 1:2 derde lid Awb op te komen tegen de ontwikkeling. Dit artikel bepaalt dat rechtspersonen kunnen opkomen voor algemene en collectieve belangen die zij krachtens hun doelstellingen en blijkens hun feitelijke werkzaamheden in het bijzonder behartigen. De criteria die hierachter schuilgaan, hebben door de jaren vorm gekregen in de rechtspraak van de Afdeling. In het Tijdschrift voor Bouwrecht zet Thom Groot die criteria uiteen. In de zaak van de Galaxy Tower voldeden de appellanten niet aan die criteria.

Download de publicatie: TBR 2020/9

2020-01-16T16:37:58+01:00

Overzichtsartikel van de rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak over historisch gegroeide situaties en tegenstrijdige legale bestemmingen in bestemmingsplannen

Tijdschrift voor Bouwrecht, TBR 2020/3, januari 2020, mr. T. Groot

Het planologisch laten voortbestaan van een historisch gegroeide situatie kan onder omstandigheden in strijd zijn met een goede ruimtelijke ordening. Zeker indien blijkt dat de nadelige gevolgen zo groot zijn dat deze in redelijkheid niet langer aanvaardbaar kunnen worden geacht. Zie het artikel van Thom Groot in het Tijdschrift voor Bouwrecht waarin recente jurisprudentie over historisch gegroeide situaties en tegenstrijdige legale bestemmingen wordt besproken. Onder meer over legaal bestaand gebruik bij gewasbestrijdingsmiddelen in de fruitteelt en woningen die op korte afstand liggen van een kunstgrasveld, voetbalvereniging, gasverdeelstations en een brandweerkazerne. Uit de jurisprudentie blijkt dat het vrij lastig is om via de Afdeling te bewerkstelligen dat een historisch gegroeide situatie feitelijk wordt beëindigd.

Download de publicatie: TBR 2020/3

2020-01-16T15:43:38+01:00
Ga naar de bovenkant