Viviane Regout studeerde bouwkunde aan de TU Delft, was projectontwikkelaar en bekleedde management- en directiefuncties bij verschillende ontwikkel- en bouwbedrijven.
Wat voor samenleving willen we zijn?
“Om een visie op de ruimtelijke inrichting van Nederland te kunnen geven, zouden we ons eerst moeten afvragen wat voor samenleving we willen zijn.” Aan het woord is Viviane Regout. Tot voor kort was zij directeur Portefeuillevernieuwing bij woningcorporatie Ymere. Op 1 maart start ze als CEO bij Lister Buildings, een bedrijf dat circulaire houten woongebouwen ontwikkelt.
Hoe willen mensen wonen, waar wil men werken en hoe recreëren we het liefst? Volgens Viviane Regout zouden zowel de politiek als de vastgoedwereld daar gezamenlijk een duidelijke visie op kunnen ontwikkelen. “Nu bepaalt de gebouwde omgeving voor een groot deel onze manier van leven. De discussie over wel of niet buiten de steden bouwen of wel of niet in het groen bouwen, hangt samen met hoe we denken en willen dat onze samenleving er over vijftien jaar uit gaat zien.”
Om die visie te kunnen bepalen, kijkt Regout naar drie zaken. “Ten eerste is er de demografische ontwikkeling: we zien keer op keer dat de bevolkingsgroei te laag wordt ingeschat in relatie tot de woningbehoefte. Dat is onder meer te wijten aan de combinatie van huishoudensverdunning – steeds minder mensen wonen in één huis – en migratie. De verwachting is dat er twee miljoen mensen bij gaan komen de komende jaren. Dat aantal zouden we sturend moeten laten zijn.”
“Daarnaast is er de klimaatverandering: rivieren die overstromen, de zeespiegel die stijgt, de bodem die verzilt. Dat zijn onderwerpen die de laatste paar jaar veel prominenter op de agenda zijn gekomen. Waar kan je nog op een ecologische manier landbouw bedrijven? Welke bossen moeten we behouden, en hoe gaan we om met de kustgebieden? Klimaatverandering is dus steeds sturender aan het worden in hoe we naar onze ruimtelijke ordening kijken.”
Als derde punt noemt Regout de ‘door onszelf opgelegde garantie voor kwalitatief goede en betaalbare woningen voor iedereen’. “Vanuit het buitenland wordt er vaak met verwondering en jaloezie gekeken naar de kwaliteit van onze stedenbouw en architectuur, en de hoeveelheid betaalbare woningen die we ten opzichte van andere landen hebben. Ooit zijn woningcorporaties gestart als particuliere initiatieven. Het waren werkgevers die voor hun arbeiders woningen gingen bouwen. Daar had de overheid niets mee te maken. Later ging de overheid dit sturen, tot het in de jaren negentig weer werd losgemaakt van de overheid. Het zit écht in ons DNA om in elke prijsklasse woningen te bouwen. Dat is bijzonder. Ook over vijftien jaar moeten we ervoor zorgen dat er nog betaalbare woningen beschikbaar zijn. Dat is eveneens onderdeel van de agenda.”
“De opgave is dus dat we een miljoen huizen moeten gaan bouwen in verschillende prijsklassen, zowel in de stad als in het groen. Daarbij is het goed te kijken naar welke landbouwgrond we daarvoor kunnen gebruiken. Ook in samenwerking met Staatsbosbeheer en de ondernemers- en werkgeversorganisatie voor boeren en tuinbouwers LTO Nederland, kan er grond worden bestemd voor woningbouw.”
Als advies geeft Regout de overheid mee om keuzes te maken als het gaat om welke gebieden te transformeren voor de woningbouwopgave én voor de natuuropgave. Dat moet hand in hand gaan. “We hebben hier in Nederland niet de luxe om alles maar dicht bij de stad te bouwen, of alle landbouwgrond te behouden. Dus waar zijn méér mogelijkheden? Wat zijn goede plekken om te bouwen en waar geven we meer ruimte voor meer natuur? We moeten echt anders gaan kijken naar ons land.”
Tekst: Maaike Staffhorst
Foto: Lister Buildings