Wie: Evelien Bruggeman, directeur van het Instituut voor Bouwrecht (IBR) en hoogleraar Bouwrecht aan de TU Delft.

Hoe garandeer je een veilig bouwterrein?

In Nederland wordt er steeds meer binnenstedelijk en op kleinere oppervlakten gebouwd. Dit heeft de afgelopen decennia veel problemen opgeleverd op het gebied van veiligheid, signaleert Evelien Bruggeman. “We zien dat de constructieve veiligheid en omgevingsveiligheid niet altijd gewaarborgd zijn”, aldus de hoogleraar Bouwrecht en directeur van het Instituut voor Bouwrecht (IBR). Ze pleit daarom voor een aanpassing van het contractueel inrichten van bouwprocessen.

“Welke verplichtingen leggen we waar neer om te garanderen dat niet alleen een bouwterrein veilig is, maar dat ook de omgeving veilig gebruikt kan worden tijdens het project. Denk aan verkeer dat zoveel mogelijk doorgang moet blijven vinden in binnenstedelijke gebieden. De afgelopen jaren zijn er ongelukken gebeurd met vallende bouwmaterialen, daar heeft de directe omgeving uiteraard veel last van gehad. Belangrijk is daarom dat de verantwoordelijkheden goed worden vastgelegd en het bouwcontract en het aanbestedingsrecht spelen daarbij een cruciale rol: partijen moeten met elkaar bedenken en afspreken hoe kan worden voorkomen dat de aanvoer van de bouwstoffen naar de binnenstedelijke gebieden voor overlast en gevaar zorgen. Hier is al veel onderzoek naar gedaan en er zijn ook aanbevelingen opgesteld. Zowel in de aanbestedingsfase als in de taakverdeling in de uitvoeringsfase is dit inmiddels een punt van aandacht.”

Voor opdrachtgevers en opdrachtnemers betekent dit een extra verantwoordelijkheid, erkent Bruggeman. “Wanneer opdrachtnemers een opdracht krijgen voor de bouw of renovatie van een gebouw, hebben ze ook de plicht te zorgen voor de veiligheid in de openbare ruimte rond dat gebouw. Gemeenten moeten er tevens voor zorgen dat die veiligheid gegarandeerd kan worden en daarom worden er vanaf de aanbestedingsfase eisen aan gesteld. Ik heb gezien dat er inmiddels bouwcontractvormen worden gekozen als een bouwteam: dit is een contractvorm waarin de aannemer al in de ontwerpfase gevraagd wordt zijn expertise in te brengen. Hierdoor kan er in een vroeg stadium al veel duidelijk worden over welke vergunningen of maatregelen er nodig zijn. Dat kan bijvoorbeeld een vergunning zijn voor het gebruik van een bepaalde kraan, de inschatting welke invloed die kraan op de omgeving heeft, en hoe lang de kraan op de betreffende plek kan blijven staan. Terwijl het bij het bouwteam vroeger vooral draaide om de uitvoeringsexpertise van een aannemer en het erkennen van kostenbesparingen, kunnen we deze contractvorm tegenwoordig ook gebruiken voor het coördineren van de omgevingsveiligheid en de bouwstromen, waardoor je in de uitvoeringsfase efficiënter kunt werken.”

Tekst: Maaike Staffhorst
Foto: Edith Waal