40 jaar Bouwrecht
Toen ik mij veertig jaar geleden op het Bouwrecht stortte, hadden we qua bouwvoorschriften alleen nog de Modelbouwverordening (MBV) en was aanbesteden nog niet verplicht. Het werk werd uitbesteed op basis van eenvoudige bilaterale contracten gebaseerd op eenvoudige algemene voorwaarden. Het Arbitrage Instituut Bouwkunst bestond nog, er was nog geen Algemene Wet Bestuursrecht, er waren de wet op de Ruimtelijke Ordening en de Woningwet 1962. Dat is inmiddels ingrijpend veranderd. Enkele belangrijke bouwrechtelijke veranderingen bespreek ik hierna kort.

Van MBV naar Bouwbesluit
Lang heeft de Vereninging Nederlandse Gemeenten (VNG) geprobeerd het “Rijksbouwbesluit”, zoals men het pejoratief aanduidde, tegen te gaan. Het belangrijkste middel was het ingrijpend snoeien in de veelal zeer uitgebreide bepalingen van de MBV. Als extern lid van de Commissie Bouwvoorschriften van de VNG heb ik daar begin jaren ’80 van de vorige eeuw mijn bijdrage aan mogen leveren. Zo heb ik erop gewezen dat, bijvoorbeeld een volledige pagina gewijd aan de brievengleuf en een volledige pagina gewijd aan de deurbel, voorzien van vele mitsen en maren en nadere regelmogelijkheden c.q. vrijstellingen wel wat veel van het goede was. Er is toen fors in de MBV gesneden, maar het snijden kwam te laat. Het Bouwbesluit kwam en het MBV verschoof naar de marge. Dat Bouwbesluit zag er aanvankelijk helder en overzichtelijk uit, maar dat is al lang niet meer het geval. Het Bouwbesluit is ernstig uitgedijd en er zijn omvangrijke NEN-normen aangehangen, waardoor het alleen nog leesbaar is voor gevorderde specialisten. Maar zeker niet voor een gewone bouwondernemer, laat staan een buitenlandse aannemer.

Aanbesteding
Ook de uitgifte van werk door (semi)overheden is gecompliceerd. Gaf vroeger een hogere ambtenaar een opdracht uit aan een al dan niet bevriende of vertrouwde aannemer, tegenwoordig moet er (Europees) worden aanbesteed. Eerst werd dat geregeld in de UAV met 45 artikelen en later in de UAV-EG met 46 artikelen. Heden ten dage omvat de Aanbestedingswet 2012 meer dan 300 artikelen en dat worden er onder de nieuwe Aanbestedingswet 2016 zeker niet minder. Een groeiend leger aanbestedingsadvocaten houdt zich daar veelvuldig mee bezig, maar ook binnen de (semi) overheid zorgt het voor extra werk en extra kosten. Maar grote, gevestigde aannemersbedrijven bijten zich erop stuk en/of bezuinigen op kwaliteit, door de extreme kostenreductie door te leggen naar onderaannemers en leveranciers. De kwaliteit van de gebouwde omgeving gaat er niet op vooruit en ik betwijfel ernstig of de opdrachtgever uiteindelijk voordeliger uit is.

Omgevingswetgeving
Naast het Bouwbesluit met zijn vele en uitvoerige aanhangsels en bijlagen, de Wet op de Ruimtelijke Ordening en de Woningwet is het omgevingsrechtpakket verrijkt met de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht, de Crisis- en Herstelwet, de Leegstandwet en een vernieuwde Huisvestingswet. Echter, als een overheid iets wil dan gebeurt het en als een overheid iets niet wil dan gebeurt het niet. Daar heeft de Algemene Wet Bestuursrecht niets aan veranderd. Integendeel.

Standaardvoorwaarden
Het steeds maar wijzigen en aanpassen, en ook uitbreiden, van standaardvoorwaarden als UAV, UAV-GC, SR, DNR, heeft de praktijk van verdergaande onredelijk ogende afwijkingen in een concrete contractuele situatie niet kunnen stoppen. De werkhonger van aannemers en architecten heeft met zich meegebracht dat zij zich genoodzaakt zagen voor risico’s te tekenen die ze niet konden overzien en ook niet aankonden.

Arbitrage
De bouwarbitrage voor bouwgeschillen tussen opdrachtgevers enerzijds en aannemers, architecten en bouwingenieurs anderzijds, is geconcentreerd bij de Raad van Arbitrage voor de Bouw. Daar zit natuurlijk deskundigheid, maar veel sneller dan de gewone rechter is deze rechtsgang niet, wel duurder. Daarom wordt steeds vaker gekozen voor een “ad-hoc” bindend advies. Dat geeft snel duidelijkheid en is veel goedkoper.

DBFMO
In het begin van dit millennium is de Anglo-Amerikaanse gewoonte komen aanwaaien om met bouwondernemers een langjarige en allesdekkende relatie aan te gaan in de vorm van een design, build, finance, maintain & operate-contract. De uitdrukking staat in de praktijk voor een uiterst omvangrijk contractuele papierwinkel, een enorme overlegstructuur en een constructie die alleen voor advocaten interessant (en leesbaar) is, maar die de bouwondernemer heftig doet verlangen naar zijn faillissement.

Slotopmerking
Uiteraard is het in de wereld en het leven een stuk ingewikkelder geworden in de loop der jaren. Maar daar hebben we zelf een krachtige bijdrage aan geleverd, zeker in de bouw!

Hoewel deze publicatie met grote zorgvuldigheid is samengesteld aanvaardt Stijl B.V. geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie uit deze uitgave zonder hun medewerking. De aangeboden informatie is bedoeld ter algemene kennisname en kan niet worden beschouwd als advies.